Het werk op de Boerderij

Melken
Twee keer per dag worden de koeien gemolken in de melkstal.
’s Ochtends gebeurd dit meestal rond 6.30 u en ’s avonds rond 17.30 u in de 2*6 melkstal. Aan beide zijden kunnen zes koeien staan zodat je 12 koeien tegelijk kunt melken.

Een koe heeft één uier en vier spenen. Voordat je kunt melken moet je het uier eerst schoonmaken met een schone doek. Daarna kun je de tepelbekers aansluiten op de spenen en wordt de melk uit de uier gezogen met behulp van vacuüm.

De melk loopt via de melkleidingen naar het verzamelglas, waarna het wordt weggepompt naar de melkkoeltank. In de melkkoeltank wordt de melk gekoeld tot 4 graden, zodat ze langer vers blijft. Elke drie dagen komt onze melk coöperatie Friesland Campina de melk ophalen met een Rijdende Melk Ontvangst (RMO). De RMO brengt de melk naar de melkfabriek. De melkkoeltank is dan weer leeg en er kan weer nieuwe melk in opgeslagen worden.

Voeren
De koeien en het jongvee worden elke dag twee maal gevoerd. Ze krijgen vers kuilvoer, mais, sojameel, brokken, mineralen en een klein beetje stro. Het kuilvoer en de mais worden ‘ruwvoer’ genoemd. Het sojameel en de brokken worden ‘krachtvoer’ genoemd. Het ruwvoer wordt voor het voerhek gebracht met behulp van een trekker en een uitkuilbak. De uitkuilbak snijdt het voer uit de ruwvoerkuilen en lost het voer vervolgens in de stal voor het voerhek.

Hygiëne
Een schone leefomgeving is erg belangrijk voor de uiergezondheid van de koe. De koe ligt in een ligbox op een zachte matras met een laagje zaagsel. Het zaagsel is erg belangrijk voor de boxhygiëne. Bacteriën kunnen namelijk via de speen de uier van de koe binnen dringen en het uier ziek maken. Elke dag worden de matrassen twee keer verschoond en opnieuw ingestrooid met zaagsel om te zorgen voor een schone leefomgeving voor de koe.

Kalfjes verzorgen
De jongste kalfjes krijgen drie maal daags een portie warme melk uit een speenemmer. Daarnaast krijgen zij kuilvoer, mais, brokjes en hooi.  Ook wordt hun verblijf regelmatig ingestrooid met stro.

Controle
Op de boerderij zijn ook veel controle taken. Elke dag wordt er gecontroleerd of een koe ’tochtig’ is. Dit betekent dat zij  bevrucht kan worden. De koe is dan vaak onrustig, loopt meer, loeit vaker en bespringt zelf en wordt besprongen door andere koeien. Een koe kan gedekt worden door een stier maar kan ook kunstmatig geïnsemineerd worden door een ‘inseminator’. Bij kunstmatige inseminatie kan er door een groot aanbod van sperma van verschillende stieren, bij elke koe een passende partner gevonden worden, opdat zij een kalf met goede eigenschappen voortbrengt. De selectiecriteria voor een goede stier kunnen melkproductie, duurzaamheid, klauwgezondheid en karakter zijn. Op deze wijze kan eenvoudig een gezonde en duurzame veestapel worden gerealiseerd.

Administratie
Om aan de regelgeving in de agrarische sector te voldoen, worden veel administratieve taken vervuld. Er zijn regels voor onder andere het vastleggen van het mestbeleid en de medicijnregistratie.

Daarnaast wordt de boekhouding gevoerd zoals elke ondernemer wettelijk verplicht is.